W a s s e n a a r ,
ligt in de Nederlandse provincie Zuid-Holland. Er zijn sporen van bewoning uit 1800 voor Christus aangetroffen. Archeologisch onder-
zoek toont aan dat er al vanaf de 7e eeuw, de Merovingische tijd, sprake is van permanente bewoning.
In het centrum staat de Romaanse dorpskerk uit 1150. Deze werd in de 16e-eeuw herbouwd na vernielingen tijdens de Tachtigjarige Oorlog. Om te voorkomen dat Spaanse troepen hun intrek in Wassenaar zouden nemen, werd het door inwoners van Leiden rond 1573 groten-
deels vernietigd.
In de 16e eeuw ontstonden er diverse buiten- verblijven van rijke Haagse burgers. In 1795 telde Wassenaar zesentwintig buitenplaatsen. Naast een klein aantal oude dorpshuizen staat er ook de windmolen Windlust uit 1668.
Na de aanleg van de spoorlijn Rotterdam – Scheveningen in 1907, begon Wassenaar zich te ontwikkelen als villadorp voor rijke haven-
baronnen en -industriëlen.
In de Wassenaarse Slag, het aangrenzende duingebied, liggen nog veel restanten van de
Atlantikwall, uit de Tweede Wereldoorlog.
Met bijna 1000 meter aan gemetselde onder-
grondse gangen worden vijf Duitse bunkers verbonden.
Een deel van Wassenaar is een beschermd dorpsgezicht met 115 gemeentelijke en 300
rijksmonumenten. De gemeente telt nu circa 26.200 inwoners en heeft een oppervlakte
van 62 km².
S a i n t – A n d r é – d e – M a j e n c o u l e s ,
is een pittoresk dorp en gemeente in het Franse departement Gard (regio Occitanie). Dit oude plaatsje maakt deel uit van het zuidelijke arron-
dissement Le Vigan.
In de 12e eeuw stichtte de Benedictijnse monniken van Aniane een klooster op de plek van het huidige dorp. Ook bouwden zij een kerk voor de bevolking van de omliggende huizen en boerderijen. Het dorp kreeg verschillende namen waaronder: Parochia Sanctae Andreae (1224), Locus Majencoulis (1384) en Hérault Majencoules (1793).
De huidige naam stamt uit het Latijn, Majores colles, wat grote heuvels betekent. Dit is be-
grijpelijk vanwege zijn geografische ligging tussen de vele hoge heuvels. Maar ook van-
wege de omringende bergen zoals de Mont Aigoual, met 1567 meter de hoogste berg van het zuidelijke Parc National des Cévennes.
Dit is een natuurgebied en bergketen in het
Centraal Massief in zuid Frankrijk. In 2011 werden de Cévennes door UNESCO op de
werelderfgoedlijst geplaatst, als Mediterraan agiopastoraal cultuurlandschap.
Het dorp staat bekend vanwege zijn teelt van de zoete ui en de Reinette-appel. In zijn nabije omgeving tref je wilde forel, tamme kastanjes en de Pélardons de Cévennes (geitenkaas).
Vanwege de steile hellingen in het landschap, worden groente en fruit op plateauvelden gekweekt. Saint-André-de-Majencoules telt ongeveer 600 inwoners en heeft een opper-
vlakte van 22 km².